Wat is een onafhankelijke variabele?

Inhoudsopgave:

Anonim

Wat is een onafhankelijke variabele?

De onafhankelijke variabele (IV) is het kenmerk van een psychologisch experiment dat wordt gemanipuleerd of gewijzigd door onderzoekers, niet door andere variabelen in het experiment.

In een experiment dat bijvoorbeeld kijkt naar de effecten van studeren op toetsscores, zou studeren de onafhankelijke variabele zijn. Onderzoekers proberen vast te stellen of veranderingen in de onafhankelijke variabele (studie) leiden tot significante veranderingen in de afhankelijke variabele (de testresultaten).

De onafhankelijke variabele identificeren

Als u problemen ondervindt bij het identificeren van de onafhankelijke variabelen van een experiment, zijn er enkele vragen die u kunnen helpen:

  • Is de variabele een die wordt gemanipuleerd door de onderzoekers?
  • Proberen onderzoekers te identificeren hoe de variabele een andere variabele beïnvloedt?
  • Is de variabele iets dat niet kan worden veranderd, maar dat niet afhankelijk is van andere variabelen in het experiment?

Onderzoekers zijn geïnteresseerd in het onderzoeken van de effecten van de onafhankelijke variabele op andere variabelen, die bekend staan ​​als afhankelijke variabelen (DV). De onafhankelijke variabele is er een die de onderzoekers manipuleren (zoals de hoeveelheid van iets) of die al bestaat maar niet afhankelijk is van andere variabelen (zoals de leeftijd van de deelnemers).

Types

Er kunnen door alle verschillende soorten onafhankelijke variabelen. De onafhankelijke variabelen in een bepaald experiment zijn allemaal afhankelijk van de hypothese en wat de onderzoekers onderzoeken.

Onafhankelijke variabelen hebben ook verschillende niveaus. In sommige experimenten kan er slechts één niveau van een IV zijn. In andere gevallen kunnen meerdere niveaus van de IV worden gebruikt om te kijken naar de reeks effecten die de variabele kan hebben.

In een experiment naar de effecten van het type dieet op gewichtsverlies, kunnen onderzoekers bijvoorbeeld naar verschillende soorten dieet kijken. Elk type dieet waar de onderzoekers naar kijken, zou een ander niveau van de onafhankelijke variabele zijn, terwijl gewichtsverlies altijd de afhankelijke variabele zou zijn.

Toepassingen

Om te begrijpen hoe de onafhankelijke variabele in experimenten wordt gebruikt, kan het nuttig zijn om naar enkele verschillende voorbeelden te kijken.

In organisaties

Een onderzoeker wil bepalen of de kleur van een kantoor enig effect heeft op de productiviteit van werknemers. In een experiment voert een groep arbeiders een taak uit in een gele kamer, terwijl een andere groep dezelfde taak uitvoert in een blauwe kamer. In dit voorbeeld is de kleur van het kantoor de onafhankelijke variabele.

In de werkplaats

Een bedrijf wil bepalen of het geven van meer controle aan werknemers over hoe ze hun werk moeten doen, leidt tot meer werkplezier. In een experiment krijgt de ene groep werknemers veel inbreng in de manier waarop ze hun werk uitvoeren, de andere groep niet. De hoeveelheid input die de arbeiders hebben over hun werk is de onafhankelijke variabele in dit voorbeeld.

In educatief onderzoek

Opvoeders zijn geïnteresseerd in de vraag of deelname aan naschoolse wiskundebijles de scores op gestandaardiseerde wiskundeexamens kan verhogen. In een experiment volgt de ene groep leerlingen twee keer per week een naschoolse bijles, terwijl een andere groep leerlingen deze extra begeleiding niet krijgt. In dit geval is deelname aan naschoolse wiskundebijles de onafhankelijke variabele.

In onderzoek naar geestelijke gezondheid

Onderzoekers willen bepalen of een nieuw type behandeling zal leiden tot een vermindering van angst bij patiënten met een sociale fobie. In een experiment krijgen sommige vrijwilligers de nieuwe behandeling, een andere groep een andere behandeling en een derde groep krijgt geen behandeling. De onafhankelijke variabele in dit voorbeeld is het type therapie.

Gevolg

Soms leidt het variëren van de onafhankelijke variabelen tot veranderingen in de afhankelijke variabelen. In andere gevallen kunnen onderzoekers ontdekken dat veranderingen in de onafhankelijke variabelen geen effect hebben op de variabelen die worden gemeten.

Aan het begin van een experiment is het belangrijk dat onderzoekers de onafhankelijke variabele operationeel definiëren. Een operationele definitie beschrijft precies wat de onafhankelijke variabele is en hoe deze wordt gemeten. Dit helpt ervoor te zorgen dat de experimenten precies weten waar ze naar kijken of manipuleren, waardoor ze het kunnen meten en bepalen of het de IV is die veranderingen in de DV veroorzaakt.

Tips en trucs

Als u een experiment ontwerpt, volgen hier een paar tips voor het kiezen van een onafhankelijke variabele (of variabelen):

  • Selecteer onafhankelijke variabelen waarvan u denkt dat ze veranderingen in een andere variabele zullen veroorzaken. Bedenk een hypothese voor wat je verwacht dat er gaat gebeuren.
  • Kijk naar andere experimenten voor voorbeelden en identificeer verschillende soorten onafhankelijke variabelen.
  • Houd uw controlegroep en experimentele groepen gelijk in andere kenmerken, maar varieer alleen de behandeling die ze krijgen in termen van de onafhankelijke variabele. Uw controlegroep krijgt bijvoorbeeld geen behandeling of geen veranderingen in de onafhankelijke variabele terwijl uw experimentele groep krijgt de behandeling of een ander niveau van de onafhankelijke variabele.

Mogelijke valkuilen

Het is ook belangrijk om te weten dat er andere variabelen kunnen zijn die de resultaten van een experiment kunnen beïnvloeden. Twee andere soorten variabelen die de uitkomst kunnen beïnvloeden, zijn onder meer:

  • Externe variabelen: Dit zijn variabelen die de relaties tussen de onafhankelijke variabele en de afhankelijke variabele kunnen beïnvloeden; experimentatoren proberen meestal deze variabelen te identificeren en te controleren.
  • Verwarrende variabelen: Wanneer een externe variabele niet kan worden gecontroleerd in een experiment, staat dit bekend als een verstorende variabele.

Externe variabelen kunnen ook vraagkenmerken bevatten (wat aanwijzingen zijn over hoe de deelnemers zouden moeten reageren) en experimentatoreffecten (dat is wanneer de onderzoekers per ongeluk aanwijzingen geven over hoe een deelnemer zal reageren).