De persoonlijke constructietheorie suggereert dat mensen persoonlijke constructies ontwikkelen over hoe de wereld werkt. Mensen gebruiken deze constructies vervolgens om hun observaties en ervaringen te begrijpen.
De wereld waarin we leven is voor ons allemaal hetzelfde, maar de manier waarop we die ervaren is voor elk individu anders. Stel je bijvoorbeeld voor dat jij en je vriend(in) gaan wandelen in het park en je ziet een grote bruine hond. Je ziet meteen een sierlijk en schattig dier dat je zou willen aaien.
Je vriendin daarentegen ziet een bedreigend dier dat ze wil vermijden. Hoe kunnen twee mensen zo'n verschillende interpretatie hebben van dezelfde gebeurtenis?
Volgens psycholoog George Kelly is persoonlijkheid samengesteld uit de verschillende mentale constructies waarmee elke persoon de werkelijkheid bekijkt. Kelly geloofde dat elke persoon veel op een wetenschapper leek. Net als wetenschappers willen we de wereld om ons heen begrijpen, voorspellingen doen over wat er gaat gebeuren en theorieën bedenken om gebeurtenissen te verklaren.
Hoe de persoonlijke constructietheorie werkt
Kelly geloofde dat we beginnen door eerst een reeks persoonlijke constructies te ontwikkelen, die in wezen mentale representaties zijn die we gebruiken om gebeurtenissen te interpreteren. Deze constructies zijn gebaseerd op onze ervaringen en observaties.
In het begin van de jaren vijftig waren de gedrags- en psychoanalytische perspectieven nog vrij dominant in de psychologie. Kelly stelde zijn persoonlijke constructtheorie voor als een alternatieve visie die afweek van deze twee prominente gezichtspunten.
In plaats van mensen te zien als passieve subjecten die in de grillen waren van de associaties, versterkingen en straffen die ze in hun omgeving tegenkwamen (gedrag) of hun onbewuste wensen en ervaringen uit de kindertijd (psychoanalyse), geloofde Kelly dat mensen een actieve rol spelen in hoe ze verzamelen en interpreteren kennis.
“Gedrag is niet het antwoord op de vraag van de psycholoog; het is de vraag,' suggereerde hij.
Terwijl we ons leven leiden, voeren we 'experimenten' uit die onze overtuigingen, percepties en interpretaties op de proef stellen. Als onze experimenten werken, versterken ze onze huidige overtuigingen. Als ze dat niet doen, kunnen we onze mening veranderen.
Wat maakt deze constructies zo belangrijk? Want volgens Kelly ervaren we de wereld door de "lens" van onze constructies. Deze constructies worden gebruikt om gebeurtenissen te voorspellen en erop te anticiperen, die op hun beurt ons gedrag, onze gevoelens en onze gedachten bepalen.
Kelly geloofde ook dat alle gebeurtenissen die plaatsvinden voor meerdere interpretaties vatbaar zijn, wat hij constructief alternativisme noemde. Wanneer we een gebeurtenis of situatie proberen te begrijpen, stelde hij voor dat we ook kunnen kiezen welke constructie we willen gebruiken. Dit gebeurt soms als een gebeurtenis zich ontvouwt, maar we kunnen ook terugkijken op onze ervaringen en er dan voor kiezen om ze op verschillende manieren te bekijken.
Hoe we constructies gebruiken
Kelly geloofde dat het proces van het gebruik van constructies op vrijwel dezelfde manier werkt als een wetenschapper een theorie gebruikt. Eerst beginnen we met de hypothese dat een bepaald construct van toepassing zal zijn op een bepaalde gebeurtenis.
Vervolgens testen we deze hypothese door het construct toe te passen en de uitkomst te voorspellen. Als onze voorspelling correct is, weten we dat het construct nuttig is in deze situatie en bewaren we het voor toekomstig gebruik.
Maar wat gebeurt er als onze voorspellingen niet uitkomen? We zouden kunnen heroverwegen hoe en wanneer we de constructie toepassen, we kunnen de constructie veranderen, of we kunnen besluiten om de constructie helemaal te verlaten.
Recidieven spelen een belangrijke rol in de persoonlijke constructietheorie. Constructen ontstaan omdat ze dingen weerspiegelen die vaak terugkeren in onze ervaring. Kelly geloofde ook dat constructies de neiging hebben om op een hiërarchische manier te worden georganiseerd. Meer basale constructies kunnen bijvoorbeeld liggen en de basis van de hiërarchie, terwijl complexere en abstractere constructies op hogere niveaus kunnen worden gevonden.
Kelly geloofde ook dat constructies bipolair zijn; in wezen bestaat elk construct uit een paar van twee tegenover elkaar liggende zijden. Enkele voorbeelden zijn 'actief versus passief', 'stabiel versus veranderend' en 'vriendelijk versus onvriendelijk'.
De kant die een persoon toepast op een gebeurtenis staat bekend als de opkomende pool. De zijde die niet actief wordt toegepast is de impliciete pool.
Het is essentieel om de nadruk op individualiteit in de theorie van persoonlijke constructen te onthouden. Constructies zijn inherent persoonlijk omdat ze gebaseerd zijn op de levenservaringen van elke persoon. Ieders systeem van constructies is uniek, en het is de individuele aard van deze ervaringen die de verschillen tussen mensen vormen.
Observaties
"Zou de individuele mens, ieder op zijn eigen persoonlijke manier, niet meer de status van een wetenschapper kunnen aannemen, die altijd probeert de loop van de gebeurtenissen waarmee hij te maken heeft te voorspellen en te beheersen? Zou hij niet zijn theorieën hebben, zijn hypothesen testen, en zijn experimentele bewijzen afwegen? En als dat zo is, zouden de verschillen tussen de persoonlijke standpunten van verschillende mensen dan niet overeenkomen met de verschillen tussen de theoretische standpunten van verschillende wetenschappers?" (Kelly, 1963)
"Kelly geloofde dat mensen een fundamentele behoefte hebben om de gebeurtenissen die ze ervaren te voorspellen. Ze doen dit door een systeem van persoonlijke constructies te ontwikkelen, die ze gebruiken om nieuwe gebeurtenissen te interpreteren of te construeren. Constructies zijn afgeleid van terugkerende elementen in iemands ervaring, maar omdat ze zijn door elke persoon afzonderlijk ontwikkeld, het systeem van constructies van elke persoon is uniek." (Carver & Scheier, 2000)